Sojasaté met meergranenrijst en paksoi

Ingrediënten

• 750 g tofu naturel
• 2 stengels koelverse sereh citroengras
• 4 cm verse gember
• 2 tenen knoflook
• 6 el arachideolie
• 2 rode pepers
• 150 ml sojasaus
• 280 g meergranenrijst
• 2 paksoi
• 2 bosuien

Bereiding

1. Laat de tofu uitlekken. Leg een schone theedoek op een bord. Leg de tofu hierop en vouw de randen van de doek over de tofu. Zet een zware pan (of iets anders zwaars) op de tofu en laat 30 min. staan, zodat er zo veel mogelijk vocht uitkomt.
2. Verwijder ondertussen de buitenkant van de stengels sereh en snijd de stengels fijn. Snijd de gember en knoflook fijn.
3. Doe de sereh, gember en knoflook in de vijzel en stamp tot een pasta. Meng met 2/3 van de olie tot een marinade en breng op smaak met peper en eventueel zout. Snijd de tofu in plakken van 1 cm breed en halveer. Schep door de marinade en laat minstens 20 min. staan.
4. Week ondertussen de satéprikkers in water. Snijd het steeltje van de rode pepers. Halveer de pepers in de lengte en verwijder met een scherp mesje de zaadlijsten. Snijd het vruchtvlees in stukjes van 1 cm.
5. Verhit de grillpan. Haal de tofu uit de marinade (bewaar de marinade) en rijg 5 tofustukken om en om met stukjes rode peper aan 1 satéstokje. Maak zo 2 stokjes per persoon. Gril de saté in 8 min. goudbruin, keer halverwege. Zet het vuur uit en besprenkel met de sojasaus.
6. Kook ondertussen de meergranenrijst volgens de aanwijzingen op de verpakking. Snijd de paksoi in dunne reepjes, houd het witte en groene gedeelte gescheiden. Snijd de bosui in ringetjes.
7. Verhit de rest van de olie en marinade in een wok en roerbak het witte gedeelte van de paksoi 6 min. Voeg de laatste minuut de rijst en het groene paksoiblad toe. Breng op smaak met peper en eventueel zout. Verdeel over de borden, garneer met de bosui en serveer met de sojasaté en de sojasaus.